TENNIS TEACHING
De 4 spelsituaties


Hier vind je de kernbegrippen van de mogelijke spelsituaties


Welke spelsituaties kennen we?

1. Het beginspel (start)                ==>Opslag - Terugslag

Een punt ‘start’ steeds met een opslag en terugslag volgt als er geen dubbele fout wordt geslagen.


2. Het achterveldspel (rally)         ==>Baseline - Baseline

Met een 'rally' wordt het achterveldspel uitgevochten.


3. Het transferspel (approach)     ==>Opkomen– Tegenspel

Een ‘approach’ naar het net ondernemen na het aanpakken van een te kort gespeelde shot van de tegenstander en het tegenspel verwerken (bv. een bal in de voeten) op weg naar het net is onderdeel van het transitie-spel. 


4. Het voorveldspel (volley)        ==>Netspel – Tegenspel

Met een ‘volley’ wordt uiteindelijk bij het netspel voor het punt gegaan, maar deze kans om te scoren ziet men dikwijls verijdeld door het tegenspel van de tegenstander bv. met een lob of passing.



Van Game Based Approach naar Teaching Tennis

SideBar


Hollistische benadering (=alle domeinen)

-Emotioneel-Mentaal

 (goed/slecht vs juist/fout)


Tactisch - Technisch 

(shotkeuze vs biomechanica)


Conditioneel 

(handelingen met ritme en in balans)


- Voeding - Beweging (energie input vs energie output)

GBA-methode

De beste online informatiebron voor trainers mbt situatietraining kan je vinden op:

ACE COACH

ACE COACH

KERNBEGRIPPEN


Visie GBA/ST

Hoofdbedoelingen (3)

Shot-keuze (+100)

SPELSITUATIES (4)

SHOT-CYCLUS

SHOT-INTENTIES (8)

PLAYING-SHOTS (9)

Variability Quotient

Program-2-Focus