Hier vind je hoe de SHOT-SITUATIE verder wordt gebruikt in de GBA
Ik wil je een overzicht bieden van de methodiek door met de laatste stap vóór de uitvoering te beginnen.
"Sla ik aanvallend met een backhand langs de lijn of draai ik naar mijn forehand en speel ik een in-side-in om te scoren?"
Hoe kunnen we de juiste shot-keuze 'treffen' uit +100 mogelijkheden?
Het beslissingsproces wordt uiteraard in de training geautomatiseerd en gebeurd in een breukdeel van een seconde!
In één van de 4 spelsituaties ontstaat er een puntsituatie. Deze wordt vertaald naar een Shot Cyclus om er oefenstof uit te kunnen filteren. De Shot Cyclus bestaat uit een context en respons met verschillende elementen die wel of niet opgenomen worden in de analyse afhankelijk van het niveau van de ontvangende speler.
De coach en speler zal uit die informatie een respons kiezen en omzetten in een tactische uitvoering (zie balkwaliteiten) onder de vorm van een 'Playing Shot' (9). Deze keuze is onderhevig aan verschillende stappen die hij idealiter 'geautomatiseerd' doorloopt.
In het leerproces wordt eerst beslist in welke context (3) men zich bevindt. Een methode die je bij beginners gebruikt is met de kleuren rood-oranje-groen om een mentale link te leggen met de kwaliteit of moeilijkheidsgraad van de aankomende bal.
Daarna spreek je meteen van de hoofdbedoeling (3) die met hun definitie al duidelijk maken met wat voor een mentale attitude je zou moeten spelen. Deze mentale attitude stuurt voornamelijk je shot-intensiteit, die heel belangrijk is voor de definitieve shot-kwaliteit.
Voor de verfijning maken we gebruik van shot-intenties of tactische prioriteiten (8) die een nog scherper mentaal beeld vormen van hoe onze respons eruit moet zien (visueel). Het is een algemene stap maar noodzakelijk om tot de laatste stap te komen, die van de eigenlijke shotkeuze en de tactische uitvoering.
De laatste mentale verfijning (visualiseren) is om voor elke intentie een optimale bal-gedrag en bal-traject te realiseren.
Omdat het onmogelijk is alle opties (+100) in detail en afzonderlijk te trainen, vertaal ik deze in Playing Shots (9) met duidelijke referenties (balgedrag en baltraject), waarvan de balkwaliteiten progressief opgevoerd kunnen worden naarmate je spelniveau stijgt en je ook in andere shot-situaties terecht komt.
Het ideale scenario is dat als je als eerste aan zet bent (Opslag) en jij meteen het punt wint met een ace of service winner (b1=bal 1).
Het volgend scenario is net zo te verkiezen, je tegenstander (tg) krijgt met zijn respons (terugslag) of servicereturn (b2=bal 2) het niet voor mekaar om je een andere dan groene context voor te schotelen en jij scoort met de volgende shot (b3=bal 3)
Dus in ideale scenario's bestaat er enkel een scorende (groene) context die met de opslag begint en een defensieve (rode) context vanuit de terugslag.
Uiteraard volgen de meeste punten geen ideaal scenario.
Voor beginnende spelers komt de rode of defensieve context het meest voor. Bijna alle situaties zijn moeilijk voor beginners en proberen dus vooral niet in de fout te gaan.
Voor gevorderden komt de oranje of offensieve context het meest voor. Bijna alle situaties zijn verwerkbaar, maar door gebrek aan het kunnen ontwikkelen van zware druk wordt de tegenstander zelden tot een 'forced error' (FE) gedwongen.
Voor topspelers komt de oranje of offensieve context en de rode of defensieve context het meest voor. Bijna alle situaties zijn van extreme druk die de oranje of de rode context bepalen. Het is dikwijls der op of der onder. Hier speelt de groene context de doorslag, wie van beide werkt zich het meest in een groene scorende context en maakt het af.
De rode context
= WEL onder ZWARE tijd- en/of ruimtedruk |
Sla Neutraliserend - Decrease the Pressure |
De tg dwingt jou om voor een noodoplossing te gaan!
De context is dermate moeilijk te verwerken ( = in hoge tijd- en/of ruimtenood) dat je gedwongen wordt te kiezen voor een
"drukverlagende of neutraliserende shot-intentie"
De HOOFDBEDOELING is om MIJN respons te doen LUKKEN!
==> om uit de rode context of hoge druk situatie te geraken!
Omgekeerd is het de Tg willen
"VOORKOMEN VAN SCOREN"
De oranje context
= WEL onder MATIGE tijd- en/of ruimtedruk |
Sla Dwingend - Increase the Pressure |
Jij dwingt de tg tot een kwaliteitsvolle respons!
De context is matig=noch makkelijk, noch moeilijk (geen hoge tijd -en/of ruimtenood) zodat je het best kiest voor een
"druk verhogende shot-intentie"
De HOOFDBEDOELING is om Tg ZIJN respons te doen MISLUKKEN!
==> om zelf in een groene context of lage druk situatie te geraken!
Omgekeerd is het de controle over het puntverloop willen bekomen
"OPBOUWEN VAN HET PUNT"
De groene context
= NIET onder tijd- en/of ruimtedruk |
Sla ontwrichtend - Create Overpressure |
Jij dwingt de Tg in de fout en jij wint het punt!
De context is dermate makkelijk te verwerken (lage tijd- en/of ruimtenood) dat je het best kiest voor een
"overdruk genererende shot-intentie"
HOOFDBEDOELING is om een FOUTE respons AF TE DWINGEN!
==>1. om het punt rechtstreeks te winnen met een winner (W)
==>2. om het punt door een afgedwongen fout te winnen (FE)
==>3. om de tegenstander zwaar onder druk te houden en met de volgende shot met een W of FE (Forced Error) het punt te winnen.
Omgekeerd is het eenvoudig te vertalen naar het willen
"SCOREN"
* Lees mijn artikel "Tactisch slimmer spelen door gebruik van een kleurcode" lezen
Slaan met een bedoeling is ESSENTIEEL in een wedstrijd én prima om een tactisch kader aan te reiken, maar nog te algemeen om er in de praktijk gebruik van te kunnen maken. Ik begin met de meest voorkomende context te verfijnen:
De oranje context of het willen OPBOUWEN
komt vaak voor bij spelers die aan elkaar gewaagd zijn op het recreatieve niveau
De groene context of het willen SCOREN
komt vaak voor als de wedstrijd onevenwichtig is en bij de professionele spelers.
De rode context of het willen VOORKOMEN VAN SCOREN
komt vaak voor bij beginners en bij de professionele spelers als tegenzet van het scoren
Een verdere verfijning van de mogelijke oplossingen (=respons) is dan ook nodig om de meest voorkomende situaties concreter en beter te kunnen aanpakken!
SAMENVATTING
Het ideaal scenario van een punt spelen is dus via de opslag direct te scoren wat tot heden niemand continu heeft gerealiseerd. Het bijna ideaal scenario is de tegenstander vanuit de opslag in de rode context te houden totdat je het punt afmaakt. Ook dit is uiteraard niet altijd (eigenlijk zelden) haalbaar omdat de intentie van de speler aan de terugslag dezelfde is.
"Decrease the Pressure" (bij Voorkomen van Scoren of hoge druk situatie)
1.==> To Neutralise (neutraliseren door tijd te kopen= NIET neutraal spelen!)
2.==> To Go for All or Nothing (alles of niets spelen, door een tegenaanval!)
3.==> To Approach Defensively (gedwongen opkomen naar het net)
4.==> To Counter Attack (tegenaanvallen of Attack and Finish)
"Increase the Pressure" (bij Opbouwen of matige druk situatie)
5.==> To Take Control (de leiding of initiatief nemen)
6.==> To Attack (aanvallen)
7.==> To Approach Offensively (uit eigen initiatief opkomen naar het net)
"Create Overpressure" (bij Scoren of lage druk situatie)
8.==> To Finish the point (scoren)
In onderstaand schema zie je de Variability Quotient.
Dit geeft aan hoeveel Shot-Intenties met één bepaalde Playing Shot (zie verder) gespeeld kunnen worden. Met andere woorden hoe dikwijls ik één bepaalde Playing Shot kan inzetten voor verschillende Shot-Intenties. De ++ is de meest voorkomende Playing Shot voor een bepaalde Shot-Intentie.
Het schema kan je steeds aanvullen aan de hand van je persoonlijke voorkeuren.
Hieronder heb ik een schema 'PROGRAM 2 FOCUS' opgesteld die voor elk speelniveau aangeeft welke Playing Shots meest relevant zijn ifv de Shot-Intenties.
Bv. Program 2 Focus "Beginners 1" zijn de meest relevante Shot-Intenties (5):
1. To Neutralise - 3. To Counter - 4. To Take Control - 5. To Attack - 8. To Finish
Deze 5 Shot-Intenties zijn met de volgende Playing Shots te spelen
1. To Neutralise met de Lifting Shot (tegen de achterspeler in een baseline rally)
3. To Counter met de Dipping Shot (tegen de opkomende speler)
4. To Take Control met de Building Shot (NCOD & COD) (baseline rally)
5. To Attack met de Dipping Shot (openen van het terrein)
8. To Finish met de Go For It Shot (aan het net)
Je kunt ook opmaken uit het schema (onder) dat je voor 8 Shot Intenties minstens 42 opties hebt afhankelijk van de Context (Shot Situatie) uit de Shot Cyclus.
Via een analyse van de contexten en mogelijke responsen in elke spelsituatie (4), heb ik een negental verschillende 'PLAYING SHOTS' (9) gekozen die men praktisch kan gebruiken in elke context (+100).
De kleur geeft aan in welke hoofdbedoeling deze meestal worden gebruikt.
VOORKOMEN VAN SCOREN door de druk te verlagen of neutraliseren
OPBOUWEN door de druk te verhogen
SCOREN door overdruk te creëren en het punt te winnen
Je kan in bovenstaande tabel zien hoe de playing shots MEESTAL worden ingezet door de ++ en de + op te zoeken.
De eerste (hoofd)intentie (meestal) komt het meest voor op het recreatieve niveau.
De volgende intenties (ook) zijn variaties die ter beschikking staan van de speler naarmate zijn technische -en tactische bagage groter wordt.
meestal om te neutraliseren - ook om te scoren met bv. een lob - ook om naar het net te gaan in 2de tijd = Opk of approach - of aan te vallen door de speelrichting te veranderen vanuit de baseline of om de tegenstander een ongewenst hoog contact aan smeren
meestal om te neutraliseren - ook om te scoren - of om gedwongen te approachen
meestal om het aan te vallen - of om naar het net te gaan = opkomen
meestal om aan te vallen - ook om te neutraliseren- ook om te tegenaanvallen of te scoren of om naar het net te gaan (=approachen)
om aan te vallen EN om om te scoren als je je in het veld bevindt
meestal om om te scoren - ook om aan te vallen - of initiatief te nemen
meestal om te scoren - ook om aan te vallen - of te neutraliseren
meestal om te scoren - ook om aan te vallen - of om op te bouwen
meestal om te scoren - ook om aan te vallen - naar het net te gaan, om initiatief te nemen - om een tegenaanval te spelen - of ook om te neutraliseren
Een SLEUTELWOORD om een bepaalde tactische uitvoering (dominante set van bal-kwaliteiten) met één woord op te roepen.
Power= Vaart EN Richting==> Snelheid van verplaatsing van de bal
Placement= Plaatsing ==> Lengte EN Richting
Precision= Precisie ==>Vaart EN Richting EN Lengte
Pace= Tijd knippen door bv. de bal in stijgende lijn te spelen
Spin= Effect ==> Type van spin (slice, back, top) EN Hoeveel (weinig, matig, veel)
Een tactical priority is dus een bepaalde combinatie (set) van bal-kwaliteiten. Elke shot wordt bepaald door alle kwaliteiten, maar enkele zijn doorslaggevender voor het succes van je shot-keuze.
Aan elke shot-intentie (8) hangt een dominante shot-functie vast!
Neutraliseren ==>PLACEMENT<=LENGTE en RICHTING Alles of Niets ==>SPIN<= ROTATIE en LENGTE Approach (defense) ==>PLACEMENT<=LENGTE en RICHTING Controleren ==>POWER<= VAART en RICHTING Aanvallen ==>PLACEMENT <=LENGTE en RICHTING Tegenaanval ==>SPIN <= ROTATIE en LENGTE Approach (offense) ==>PLACEMENT <=LENGTE en RICHTING Scoren ==>PRECISIE <=VAART en LENGTE en RICHTING
SPEL-TACTISCHE FASEN
Aan de hand van de balkwaliteiten en het effect of gevolg op de tegenstander kunnen evalueren of de uitvoering goed was (het gewenste effect), naar behoren (gedeeltelijk) of onvoldoende (niet het gewenste effect).
Een shot bestaat uit 6 balkwaliteiten:
(uitgelegd in een artikel 'SARAH' –> klik hier)
1. een bepaald BALGEDRAG:
- vaart = snelheid + spin; lage, matige of hoge vaart
- hoeveel spin of effect; weinig, matig of veel spin
- type spin of effect; - topspin, backspin, slice of combinatie (bv. bij kickserve)
2. een bepaald BALTRAJECT of balbaan (strak, in boogvorm, in lobvorm of hoge boog)
- richting; richten naar FH/BH zijde, COD, NCOD, body,ABC, centraal
- hoogte= afstand over het net; laag, medium of hoog over het net
* lengte; kort, half-court, 3/4-court of diep
(*) is een samengestelde kwaliteit van vaart én hoeveel spin én hoogte
Van Game Based Approach naar Teaching Tennis
(goed/slecht vs juist/fout)
(shotkeuze vs biomechanica)
(handelingen met ritme en in balans)
- Voeding - Beweging (energie input vs energie output)
De beste online informatiebron voor trainers mbt situatietraining kan je vinden op:
Visie GBA/ST
Hoofdbedoelingen (3)
Shot-keuze (+100)
SPELSITUATIES (4)
SHOT-INTENTIES
PLAYING-SHOTS
Variability Quotient
Program to Focus